Woord 220

draadalgen


In:

" 'Als onomstotelijk bewijs voor de smerigheid van het kanaal gold, dat de schippers gewoon in het kanaal poepten. Tja, waar moesten die anders heen?'
'De karper was voor ons een welhaast mythische vis.'
'Tot mijn diepe teleurstelling waren mijn vissen meestal de volgende dag dood. Ik snapte hier geen snars van.'
'Onder aan de rots blikte Bernadette de Soubirous vanaf het vijvertje devoot biddend omhoog.'
'Enkele exemplaren waren spiegelkarpers met een paar grote schubben, die ons als gouden dukaten tegemoet blonken.'
'Op advies van mijn moeder schuurde ik de draadalgen weg met Vim.'
'Dit was geen aardbeien bietsen. Dit was een echte serieuze diefstal.'
'De koi die destijds in Nederland te koop waren verdienden nauwelijks die naam. Ze waren niet veel mooier dan een goudkarper, maar ik was er volledig kapot van.'"

Vindplaats: Zie ook: In de ban van de Koi: op het Koi-plein

Woord 220 - draadalgen - woe 12/10/2005